(Column: 23 mei 2023)
Afgelopen zondag, 14 mei, werd Feyenoord landskampioen. Geen woorden maar daden, zoals het clublied luidt. Dochterlief had ons uitgenodigd de middag samen in hartje Rotterdam door te brengen en gezien onze familiebanden met die stad was dat geen punt van discussie. Maar het is in méér opzichten een gedenkwaardige dag: op 14 mei 1940 vernietigde het bombardement een groot deel van de stad. Bij een historisch monument in de buurt van Blijdorp herdenkt burgemeester Aboutaleb de overgave op de plek waar destijds de dreigbrief met ultimatum was bezorgd. Gevolgd door die vreselijke daad, die bijna 900 mensen het leven kostte. Dertien minuten lang luiden daarom de kerkklokken, van 13.27 tot 13.40 uur, de tijdsduur van het bombardement. Veel vlaggen halfstok.
Sommige woorden en daden zijn onvergeeflijk.
Tegelijkertijd groeit in het centrum van de stad de feestvreugde vanwege het te verwachten succes van de favoriete voetbalclub. Men twijfelt niet aan de overwinning. Elke bevolkingsgroep is vertegenwoordigd (en dat zijn er heel wat in Rotterdam). Hand in hand, kameraden. Het lijkt of de teamgeest – de kracht van Feyenoord – overslaat op het publiek. “Het is bijna een religie”, zei Dirk Kuijt bij de vorige overwinning in 2017. Dat lijkt niet veranderd. Ver weg is het geweld waar voetbal soms ook mee gepaard gaat. In plaats daarvan: vreugde, saamhorigheid, toewijding, trouw, verbinding; de kerk kan er nog wat van leren. En die yell “geen woorden maar daden”, is dat geen meesterlijke samenvatting van een belangrijke evangelieboodschap? Zolang het maar de juiste daden zijn. Ik denk aan de gelijkenis die Jezus vertelde over de zonen die geroepen werden om in de wijngaard van hun vader te werken. De één zei ja, maar kwam niet. De ander zei nee, maar ging toch. Het is een vraag aan ons allemaal: wil je medewerker zijn in die wijngaard die ons is toevertrouwd, je energie steken in het welzijn van de schepping? Nee, zeg maar niks, doe het gewoon. Geen woorden maar daden.
Maria Bolijn