(Column: 9 april 2025)
“Iedereen heeft recht op zijn eigen fouten”. Een bekende spreuk, tegeltjeswijsheid. Fouten maken mag, je hebt er blijkbaar zelfs recht op!
Toch zijn er veel mensen die hoge eisen aan zichzelf stellen en vinden dat ze eigenlijk niets verkeerd mogen doen. En als dat dan toch gebeurt – fouten maken is immers menselijk – dan wringt zo iemand zich vaak krampachtig in allerlei bochten om die fout maar niet te hoeven toegeven. Maar ook als er wél schuld wordt bekend (wat nog moeilijker is) blijft er soms toch iets knagen: je hebt immers gefaald, misschien zelfs schade berokkend aan anderen. En zo leef je in een nogal vermoeiende kramp met bovendien vaak het idee dat alles van jou afhangt. Een zware verantwoordelijkheid.
Deze week voor Pasen, ook wel de goede of de stille week genoemd, wil ons bewust maken van een heel andere benadering. Die overigens niets afdoet aan de verantwoordelijkheid van elk mens voor zijn eigen handelen. Maar die die verantwoordelijkheid wel in een ander licht zet.
Jezus heeft ons namelijk laten zien dat áchter die eigen verantwoordelijkheid, in een eindeloos diepere laag, nog een andere verantwoordelijkheid rust, die de onze draagt. Het wordt door hem op een eenvoudige manier uitgelegd in de gelijkenis van de verloren zoon. Berooid en vol schaamte komt die zoon na jaren terug bij zijn vader, wiens geld hij willens en wetens heeft verbrast: vader, dit ben ik dus, sorry. Meer dan zijn fout toegeven kan hij niet. Maar het is genoeg. Hij wordt omarmd door een vader die simpelweg zegt: luister, voor je fouten ben jij zelf verantwoordelijk en niemand anders. Maar het feit dat je ze überhaupt kón maken, daarvoor neem ik de verantwoordelijkheid. Ik liet je immers gaan, ik heb je je vrijheid bewust gegeven. Laten we feestvieren, mijn zoon is terug!
Een eeuwig vaste grond, die het falende bestaan van mensen wil dragen. Dat is het geheim van deze stille week. Een mens kan er alleen maar stil van worden…….
Maria Bolijn